Veelkleurig vergeet-me-nietje (Myosotis discolor)
Vindplaats: Laarder eng, Engweg, 14 mei 2015, in de berm
Vindplaats google maps
Bloeiwijze: De bloeiwijze bestaat uit de typische schicht. De schichten zijn onbebladerd en nemen tegen het eind van de bloei de helft of minder van de hoogte van de plant in. De bloemen zijn eerst bleekgeel of roomkleurig, later worden ze roze of blauw. Ze zijn 2 tot 3 millimeter groot en hebben een schotelvormige zoom.. Als je de vergroeide bloemkroon opent, zie je op de bloemkroonbuis ingeplante meeldraden met hun helmknoppen en de keelschubben. Deze laatste sluiten de bloemopening min of meer of. De bloemen worden druk bezocht door vliegen en na bestuiving en bevruchting ontwikkelt zich het nootje dat in de kelk opgesloten blijft.
Ruwbladigenfamilie
De ruwbladigenfamilie (Boraginaceae) omvat in de ruime opvatting bomen, struiken, kruidachtige planten en soms lianen. De familie komt wereldwijd voor van gematigde streken tot in de tropen, met een concentratie rond de Middellandse Zee. Een opvallend kenmerk is de ruwe beharing op stelen, bladeren en knoppen. De bloeiwijze is een schicht (zie illustratie).
Kenmerken
De onderste bladeren zijn langwerpig en stomp. De stengelbladeren zijn smaller en spitser. Vaak staat ten minste 1 paar bladeren tegenover elkaar. Aan de onderkant hebben ze rechte haren. De plant is eenjarig en de naam Myosotis komt van het Griekse myos (muis) en otis (oortjes). De zachte beharing van de bloem en de vorm lijken enigszins op een muizenoor. Discolor betekent ' bont of van verschillende kleuren'. De plant groeit op zonnige, open plaatsen (pionier) op droge tot soms vrij natte, matig voedselrijkse, zwak zure, vaak kalkarme, grazige grond (zand, leem, zavel, veen en klei).
Van de IVN-site:
Over de naamgeving van Vergeet-mij-nietje doen vele verhalen de ronde. Hieronder een tweetal.
1. In de Middeleeuwen waren een ridder en zijn geliefde langs een rivier aan het wandelen. Bij het plukken van een bosje bloemen viel hij door de zwaarte van zijn harnas in het water. Vlak voordat hij verdronk gooide hij het bosje bloemen naar zijn geliefde en riep: "Vergeet mij niet!".
2. Toen de planten werden geschapen kregen ze van God niet alleen een vorm, een geur en een kleur, maar ook een naam. Onder de nieuwe planten was ook een lief, klein bloemetje met een hemelsblauwe kleur en een prachtig geel hartje.
Onder de indruk van alle gebeurtenissen bij de Schepping keek ze met grote ogen rond hoe alle planten een naam kregen en vergat op te letten. Toen alle planten een naam hadden gekregen, was ze haar eigen naam vergeten.
“Weet jíj hoe ik heet?” vroeg ze aan alle grote en kleine planten, ”ik ben mijn naam vergeten”.
Maar geen enkele plant kon het haar vertellen.
Na lang aarzelen ging ze tenslotte naar de Schepper en zei: “Ik ben een beetje dom, ik ben mijn naam vergeten. Weet U hoe ik heet?” Deze keek haar hoofdschuddend aan en antwoordde slechts met drie woorden: “Vergeet mij niet!”
Beschaamd kroop het plantje weg, tussen het hoge gras. En daar staat ze vandaag de dag nog steeds. Altijd steekt haar blauwe kopje tussen de begroeiing uit. En als iemand vraagt hoe ze heet, antwoordt ze nog altijd beschroomd: "Vergeet me niet". En dat is een naam die iedereen kan onthouden, want het vergeet-me-nietje is een plantje dat bijna iedereen van naam kent.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten